Waarom kiest u ons?

Deskundig

35 jaar ervaring

Betrokken

Uw belang is ons belang

Doelmatig

Vlot, efficiënt en effectief

Betrouwbaar

Wij komen onze afspraken na

Klanten die u voorgingen:

Zo kom je van torenhoge boete van de Inspectie SZW af!

De Inspectie SZW heeft de gewoonte boetes voor samenhangende handelingen zonder beperking te stapelen. In deze blog leg ik u uit wat u ertegen kunt doen.

De inhoud van deze blog is van toepassing op alle boetezaken.

Deze blog is langer dan u van mij gewend bent. Als u tijd hebt, loont het de moeite om de hele blog te lezen. Hebt u geen tijd, dan kunt u met de vier Tips hieronder volstaan.

Het wettelijke kader

De Inspectie SZW heeft voor zaken waarop zij toezicht houdt beleidsregels gemaakt, waarin staat welke boete bij welke overtreding opgelegd wordt. Stapeling van boetes mag.

Illustratief hiervoor is de volgende overweging van de Afdeling bestuursrechtspraak in haar uitspraak van 16 november 2011 over de Arbeidstijdenwet (Atw):

“De rechtbank heeft terecht overwogen dat uit artikel 10:5, derde lid, van de Atw volgt dat per feit, per dag en per persoon een boete kan worden opgelegd. Indien op verschillende dagen dezelfde overtreding is begaan, is de minister derhalve bevoegd voor elk van die overtredingen een boete op te leggen.

Als de rechter het totaal van de boetes verlaagt, baseert hij dat op artikel 5:46 lid 2 Algemene wet bestuursrecht, dat het volgende bepaalt:

“Tenzij de hoogte van de bestuurlijke boete bij wettelijk voorschrift is vastgesteld, stemt het bestuursorgaan de bestuurlijke boete af op de ernst van de overtreding en de mate waarin deze aan de overtreder kan worden verweten. Het bestuursorgaan houdt daarbij zo nodig rekening met de omstandigheden waaronder de overtreding is gepleegd.”

Relevante verweren zijn dus: 1. De ernst van de overtreding rechtvaardigt de hoogte van de boete niet. 2. Mij is geen of maar gedeeltelijk een verwijt te maken. 3. De Inspectie heeft geen rekening gehouden met de omstandigheden waaronder de overtreding begaan is.

De Sinterklaasdaguitspraken

Op Sinterklaasdag 2017 deed de Afdeling in twee zaken over boetes van de Inspectie SZW uitspraak. In de ene zaak had de rechtbank een boete van € 126.000,-- met 50% naar € 63.000,-- verlaagd. De Afdeling laat de uitspraak in stand (zaak 1). In de andere zaak had de rechtbank een boete van € 42.300,-- met eveneens 50% naar € 21.150,-- verlaagd. De Afdeling corrigeert de verlaging van 50 naar 25% en legt een boete van € 31.725,-- op (zaak 2).

Wat moet je als werkgever wel niet allemaal misdaan hebben om een boete van € 126.000,-- te krijgen? Wel, dat viel volgens mij wel mee: Werknemers treffen in een schoorsteenvoet een oud rookkanaal aan. Omdat het in de weg ligt, voeren zij het naar het terrein van hun baas af en leggen het daar in de afvalcontainer. Dit levert als na een week blijkt dat zich in het rookkanaal asbesthoudend materiaal bevindt 8 overtredingen van het Arbo-besluit op met boetes variërend van € 3.000,-- tot en met € 27.000,--, samen € 126.000,--.

Als werkgever voelt u zich door zulke boetes altijd zeer unfair behandeld. De verweren zijn bijna steeds hetzelfde: De enkele boete wordt al buiten proportie gevonden, de stapeling van boetes voor min of meer dezelfde handeling helemaal. “Ik wist het niet” en “Zo wordt ik acht keer voor hetzelfde gestraft”. Laten we de twee uitspraken eens nader bekijken om er ter voorkoming of verlaging van de Arbo-boete als zodanig van te leren.

De “strekking" van een wetsartikel

Voor een goed begrip van wat hierna volgt, leg ik u eerst uit, wat onder de “strekking” van een wetsartikel verstaan wordt. Hiermee wordt gedoeld op het “belang” dat beschermd wordt. Enkele voorbeelden uit het strafrecht: het verbod te moorden beschermt “het menselijk leven als zodanig”; het verbod te stelen “het vermogen, in het bijzonder het bezit van roerende zaken”; en het verbod te vernielen “het ongestoorde gebruik/genot van een zaak”. Enkele voorbeelden uit het bestuursrechtelijke boeterecht: In de twee hiervóór genoemde asbestzaken is bij het ene wetsartikel het belang “preventie”, bij het andere “toezicht op de naleving van de asbestbepalingen in het Arbo-besluit”, bij een derde “de bescherming van werknemers” enz.

Eendaadse samenloop / voortgezette handeling

Als hier sprake van is, mogen straffen of (bestuursrechtelijke) boetes niet gestapeld (gecumuleerd) worden.

In zijn uitspraak van 20 juni 2017 heeft de Hoge Raad er in een strafzaak het volgende over gezegd:

“In de rechtspraak van de Hoge Raad over eendaadse samenloop is gaandeweg sterk het accent komen te liggen op de strekking van de aan de orde zijnde strafbepalingen. Indien die strekking uiteenloopt, is geen sprake van "één feit" (…).

Uit die rechtspraak moet echter niet worden afgeleid dat eenzelfde strekking een noodzakelijke voorwaarde is voor het aannemen van eendaadse samenloop (…).

(…) dat de rechter ruimte heeft voor het aannemen van eendaadse samenloop of een voortgezette handeling, ook indien de bewezenverklaring valt onder meerdere strafbepalingen met een enigszins uiteenlopende strekking.

Vervolgens komt het voor de eendaadse samenloop vooral aan op de vraag of de bewezenverklaarde gedragingen in die mate een samenhangend, zich min of meer op dezelfde tijd en plaats afspelend feitencomplex opleveren dat de verdachte daarvan (in wezen) één verwijt wordt gemaakt.

Voor de voortgezette handeling komt het erop aan of de verschillende bewezenverklaarde, elkaar in de tijd opvolgende gedragingen (ook met betrekking tot het "wilsbesluit") zo nauw met elkaar samenhangen dat de verdachte daarvan (in wezen) één verwijt wordt gemaakt.”

Tot zover het citaat. Als u dit toepast op de hiervóór genoemde, bestuursrechtelijke asbestzaken, is al meteen duidelijk dat het verweer “Ik word acht maal voor hetzelfde gestraft” geen kans van slagen heeft. Elke overtreden wetsbepaling heeft immers een andere strekking, een ander belang. Pas wanneer het beschermde belang min of meer hetzelfde is én de handelingen samenhangen en in tijd en plaats min of meer samenvallen, is er sprake van eendaadse samenloop. Voor de voortgezette handeling geldt mutatis mutandis hetzelfde. In beide zaken mislukte dat verweer dan ook.

Tip 1:

Als u voor de overtreding van meerdere wetsartikelen een boete gekregen hebt, ga dan na welk belang die artikelen beschermen. Beschermen zij vergelijkbare belangen én hangen de handelingen samen en vallen zij min of meer in tijd en plaats samen, dan is er sprake van een eendaadse samenloop respectievelijk voortgezette handeling en mogen de boetes niet gestapeld (gecumuleerd) worden.

"Mij is geen verwijt te maken"

In beide zaken slaagt dit verweer niet. In zaak 1 had een asbestinventarisatierapport vóór het verrichten van de werkzaamheden ingezien kunnen en moeten worden. In zaak 2 was het verweer “Ik verricht normaliter geen werkzaamheden met asbest.” Ook dat verweer haalt het niet: Als je werkt aan woningen die vóór 1994 gerenoveerd zijn, moet je op de aanwezigheid van asbest bedacht zijn.

“Het is de eerste keer” en “Ik ben nooit eerder beboet op grond van de Arbowet” zijn ook al geen steekhoudende argumenten: daar is de hoogte van de boete al op afgestemd.

In zaak 2 verwerpt de Afdeling de matiging van de boete door de rechtbank, maar matigt de boete vervolgens zelf met 25%, omdat er sprake van verminderde verwijtbaarheid is: het betrof een spoedklus aan een naar beneden gevallen balkon, de betrokkene had alvorens met de werkzaamheden te beginnen navraag gedaan, maar noch de makelaar noch de bouwkundig adviseur die het naar beneden vallen van het balkon onderzocht had, had van de aanwezigheid van asbest melding gemaakt.

Tip 2:

Een beroep op geen of verminderde verwijtbaarheid heeft kans van slagen, maar denk er niet lichtvaardig over. Een algemeen “excuusverweer” is kansloos. Uw verweer moet concreet en door de bijzondere feiten van de betreffende zaak onderbouwd zijn. Alleen dan treft het doel.

Adequate maatregelen nemen

In zaak 1 wordt pas een week(!) nadat het rookkanaal in de afvalcontainer gedeponeerd is, ontdekt dat er mogelijk asbest in zit. Toch wordt de boete door de rechtbank gematigd omdat direct na die ontdekking adequate maatregelen genomen worden. De Afdeling hierover:

“Die maatregelen waren volgens de rechtbank namelijk gericht op beperking van de gevolgen van de door haar gedane overtredingen en bovendien in overeenstemming met het Arbeidsomstandighedenbesluit.”

In zaak 2 helpt het verweer “Ik heb de nodige inspanningen verricht om de gevolgen te beperken en maatregelen getroffen om verdere overtredingen te voorkomen” niet. Het werk is op bevel van de arbeidsinspecteurs stilgelegd én uit het dossier blijkt niet welke inspanningen verricht en welke maatregelen genomen zijn.

Tip 3:

Als u Arbo-regelgeving overtreden hebt, neem dan zodra u dit ontdekt hebt adequate maatregelen, d.w.z. maatregelen die met het Arbo-besluit in overeenstemming zijn en documenteer goed wat u doet. Voor de overtreding van andere regelgeving geldt mutatis mutandis hetzelfde.

Boete past niet bij ernst van de overtreding

Zaak 1: De mate van samenhang van overtredingen kan een relevante factor zijn om de boete te matigen. De rechter moet dit zonder terughoudendheid toetsen. Zaak 2: “De cumulatie van boetes is niet per definitie onevenredig, enkel omdat overtredingen worden beboet die betrekking hebben op de zelfde gedragingen of nalatigheden. Dit neemt niet weg dat de mate van samenhang van overtredingen een relevante factor kan zijn om de boete te matigen.”

Tip 4:

Als de opgelegde boetes met elkaar samenhangen, vraag dan gemotiveerd een vérgaande matiging van de boete.

Wat kan ik voor u betekenen?

Voordat de Inspectie SZW een boete oplegt, krijgt u de gelegenheid een zienswijze indienen. Nadat de boete opgelegd is kunt u bezwaar maken, tegen het besluit op bezwaar bij de rechtbank in beroep gaan en tegen de uitspraak van de rechtbank bij de Afdeling in hoger beroep gaan. In elke fase kan ik u helpen de beste argumenten naar voren te brengen om de boete zo laag mogelijk te houden of te krijgen.

Artikel geschreven door Paul Van Hoef

Paul Van Hoef is al ruim dertig jaar uw betrokken en betrouwbare advocaat. Uw belang is zijn belang, hij stopt pas als alle wegen zijn benut. Hij is ijzersterk als het aankomt op het oplossen van juridische puzzels. Vervolgens kan hij dit duidelijk uitleggen, waardoor u te allen tijde weet waar u aan toe bent. Hierdoor kan hij u goed bijstaan om een juridisch conflict te voorkomen of te winnen.

Paul Van Hoef